Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En Ik [20]zal Mijn aangezicht tegen dienzelven man zetten, en zal hem stellen tot [21]een teken en [22]tot spreekwoorden, en zal hem [23]uitroeien uit het midden Mijns volks; en gijlieden zult weten, dat Ik de HEERE ben. 20. Zie Lev.17:10. 21. Te weten van mijn rechtvaardige wraak tegen de huichelaars. Want Ik zal met die in het straffen zo vreeslijk en zeldzaam omgaan, dat een ieder daarover verschrikt zal zijn als over een openbaar teken mijner wraak, een ieder door mij voorgesteld tot zijne waarschuwing. Vergelijk Deut.28:46. Anders: zal hem verwoesten tot een teken; dat is, dat hij tot een teken zij, enz. 22. Zie Deut.28:37; Job 17:6; zie ook 1 Kon.9:7,8; 2 Kron.7:20,21; Ps.44:14,15, en Ps.69:12; Jer.24:9; Hab.2:6. 23. Zie Lev.20:3.